Regisseur Anca Damian over Marona: “Mijn film is een worst”

19.02.2020

Zelden was een film zo oogverblindend als Marona, tot de rand toe gevuld met kleuren en beweging, met artistieke uitbundigheid en suggestie. En met ontroering, vaak tot tranen toe. Op het JEF festival ontmoetten we de Roemeense regisseuse Anca Damian.

Animatiefilm, Interview

Anca Damian: Nooit! Hoe meer mensen me zeggen dat de film hun hart heeft gebroken, hoe blijer ik word. Er stromen trouwens niet enkel tranen, er wordt ook veel gelachen. Na elke dramatisch scène volgt een grappig moment. Het leven is een paradox, het is nooit gewoon zwart of wit. Elk blij moment draagt in zich al het verdriet omdat het moment niet voor altijd kan blijven duren. Dat maakt van Marona een diep menselijk verhaal. Het is dit totaalpakket van humor, emotie en een sterke visuele identiteit dat de film z’n eigen stem verleent.

Wat heb jij met honden?

Damian: Mijn zoon kreeg een hond voor zijn 16de verjaardag. Ik smeekte hem om het cadeau niet aan te nemen - “Ik ken mezelf, ik word de slaaf van de beest. Binnenkort zit ik op de vloer terwijl de hond op mijn plaats in de zetel ligt.” Mijn zoon zei: als ik hem niet mag houden, dan ben ik weg. Dus we hielden de hond … en hij ging toch weg en liet het beest bij me achter - het klassieke verhaal. Wat ik zo leuk vind aan honden is dat ze, zelfs als ze oud zijn, nog altijd de speelse ziel van een kind hebben. Mijn hond is bijna 12 jaar en na elke lange wandeling kan ik de pijn voelen in zijn oude botten, maar toch wil hij nog rennen en spelen. Net een uitgelaten kleuter die nooit opgroeit.

Is het titelpersonage gebaseerd op een echte hond?

Damian: Op een dag werd ik tijdens mijn wandeling gevolgd door een zwerfhond. Het beest had zoiets puur over zich, dat ik het onmogelijk op straat kon achterlaten. Ik ging op zoek naar een pleeggezin en telkens de hond in een nieuwe familie terecht kwam, veranderde de dynamiek in dat gezin. Het beest had een enorme impact op het gezinsleven. Toen besefte ik dat ik via de hond een verhaal kon vertellen over hoe mensen met elkaar omgaan. ‘Marona’ betekent bruin in het Roemeens. Illustrator Brecht Evens besliste van bij aanvang dat het een zwart-witte hond moest worden, waarop andere kleuren zouden reflecteren. Met een hartvormig neusje, sokjes en oren zoals vleugels kreeg Marona een nieuwe visuele identiteit. Maar we hebben de naam behouden, als eerbetoon.

Wat was de precieze rol van Brecht Evens in de productie?

Damian: Hij ontwikkelde het design van de hoofdpersonages. Als consultant stond hij heel dicht bij de ziel van de film. Werken met mensen zoals hij, doet je zweven. Ook Caroline Strubbe als regisseur van het Vlaamse stemmenwerk vond ik een zalig geschenk. Van alle gedubde versies ligt de Vlaamse mij het meest nauw aan het hart.

En wat was jouw rol precies? Jij was regisseur, producent, scenarist …

Damian: En nog zoveel meer. We werkten met een heel beperkt budget, er was geen geld voor een assistent, een line producer, een production of post production coordinator. Dus nam ik alles op mij, een beetje teveel zelfs, tot uiteindelijk mijn gezondheid op het spel stond. Het was de hoop die me overeind hield, het besef dat alle inspanningen op een dag een prachtige film zouden opleveren.

Je combineert in deze film zoveel verschillende grafische stijlen en met elke stijl introduceer je een nieuwe sfeer, een nieuw universum. Toch vormen al die stijlen samen een geheel.

Damian: Voor mijn film ontwikkel ik een concept dat aan de basis ligt van al mijn beslissingen en keuzes. Mensen vragen me soms: kun je voor mijn project ook een concept ontwikkelen? Natuurlijk kan dat, maar daar heb je niks aan. Je kan zo’n concept pas toepassen als het leeft en ademt in je hart. Mijn hele film is een worst die door het concept bij elkaar wordt gehouden en waar ik allerlei ingrediënten in prop. Een vegetariër die worsten promoot … Ik begrijp dat het vreemd klinkt.

Zo blijft er weinig artistieke vrijheid voor de animatoren.

Damian: Ze hebben wel inspraak, maar ik behoud de controle over elk detail. Elke animator heeft zijn eigen personage - ze werken niet per scène maar animeren een personage doorheen alle scènes. Mijn storyboard laat veel ruimte voor creatieve inbreng. Ik overleg met de animatoren en geef hen referenties, tot ze hun personage door en door kennen. Zelfs hun fouten en vergissingen kunnen bijdragen tot het eindresultaat.

Veel kinderen reageerden dat ze “nog nooit eerder zo’n film gezien hadden”.

Damian: Waarom zouden kinderen naar iets vragen waarvan ze het bestaan niet kennen? Natuurlijk moet een film entertainen, maar we mogen toch iets meer verlangen? Er zijn zoveel boeiende onderwerpen die we kunnen aankaarten. Marona gaat over geluk, en hoe we dat ons leven lang najagen. Hoewel de film begint met de dood, is het een verhaal over leven.

Past deze film in een bepaalde animatie traditie?

Damian: Aan de filmschool werd ik opgeleid tot DoP volgens de vaste conventies van dat beroep. Maar toen ik me voor animatie ging interesseren, heb ik mezelf opgeleid. Ik kon in alle vrijheid een eigen taal ontwikkelen, niet belemmerd door vastgeroeste gewoontes en vooroordelen. Roemenië heeft nauwelijks een traditie in animatie, en zelfs geen gespecialiseerde opleiding.

Ik zag nog niet veel films die een gelijkaardige taal hanteerden als Marona. Behalve misschien het Braziliaanse The boy and the world (O menino e o mundo, van Alê Abreu).

Damian: Precies! In mijn director’s statement stond: ik beschouw deze film als The girl and the world. Dat was mijn referentie.

De film vertelt over de relatie tussen mens en dier.

Damian: Ik geloof niet dat we de enige wezens zijn in dit universum en toch claimen we alle rechten, zelfs het recht om te doden. We hebben geen respect voor het geschenk dat ons werd gegeven en daarvoor krijgen we binnenkort de rekening gepresenteerd. De liefde voor dieren en voor alle levende wezens ligt aan de basis van mijn verhaal.

Marona reist van de ene eigenaar naar de andere: een acrobaat, een bouwarbeider, een meisje. Zijn die personages toevallig gekozen?

Damian: Manole de acrobaat staat voor de kinderjaren, toen alles nog mogelijk leek. Istvan de arbeider is emotioneel geremd, zoals een tiener. Het verhaal van Solange gaat over mensen aanvaarden zoals ze zijn, want niemand is 100% goed of slecht. Er zit nog een extra laag in de film: de sequentie over Manole lijkt zich af te spelen in de fifties, Istvan is gesitueerd in de consumentenjaren van de eighties, en Solange leeft in onze huidige tijd. Een reis doorheen de tijd, terwijl je jezelf spiegelt aan een straathond.

Gert Hermans

Industry